Een 74-jarige vrouw komt langs in de praktijk met borstpijn, uitstralend naar de mediale onderkant van haar schouderblad.
Acht jaar geleden werd borstkanker gediagnosticeerd, radiotherapie werd toegepast. Normaal zorgen de stamcellen voor vernieuwing en onderhoud van het weefsel, maar wanneer deze dit niet doen, maakt het lichaam bindweefsel aan om het weefsel te herstellen na de bestraling. Dat nieuwe bindweefsel is in het bestraalde gebied hard en stug. De vrouw onderging 34 bestralingen, er werd heel wat fibrotisch weefsel vastgesteld ter hoogte van haar borst.
Op oncologisch advies volgde ze gedurende 8 jaar wekelijks lymfedrainage. De pijn was ondraaglijk, ze had enkel wat verlichting door haar linker borst in haar hand te laten steunen. Uiteindelijk kwam ze in mijn praktijk terecht voor een knieprothese. Ook de borstpijn kwam ter sprake, de vrouw had graag een second opinion gekregen.
Bij inspectie was er veel fibrotisch weefsel aanwezig die doorgroeide tot onder haar oksel en tot op de ribben. Er was heel wat zwelling en spierspanning te zien.
Tijdens de eerste vier behandelingen werd er manueel gewerkt op het fibrotisch weefsel, de klachten kwamen steeds terug. De volgende behandeling werd er gewerkt met dry needling (M. Pectoralis Major pars abdominalis, M. Serratus Anterior). Hierna was de vrouw 1 dag pijnvrij.
Tijdens de tweede sessie werd M. Pectoralis Major en M. Serratus Anterior aangeprikt. Dit werd aangevuld met voorzichtige mobilisaties van de ribben en homolaterale schouder, centrale desensitisatie ter hoogte van CTO en hoog thoracaal. Ook werden weke delen technieken toegepast ter hoogte van de M. Serratus Anterior. Mevrouw D. was 5 dagen pijnvrij.
Vanaf de 3e sessie werd ook het fibrotisch weefsel aangeprikt met de littekentechniek die Dommerholt ons leerde.
Na 9 sessies is mevrouw D. zo goed als pijnvrij. Ze heeft een veel bredere ROM ter hoogte van haar schouder en kan deze nu ook pijnvrij bewegen.
->Dry needling na radiotherapie bij borstkanker is een
relatieve contra-indicatie. Het is aan de therapeut in samenspraak met de
patiënt om een juiste inschatting te maken. Afhankelijk van de situatie kan dit
een absolute contra-indicatie worden (bv tijdens de eerste, acute fase waar er
symptomen van inflammatie aanwezig zijn). In deze case, 8 jaar na
radiotherapie, is dry needling zeker en vast een indicatie, weliswaar ‘easy dry
needling’.